Bewonersverhaal #1 – Cor
´Het huis is met ons meegegroeid´
Zowel het huis als de bewoonster van nr. 5 zijn bijzonder. Cor (88) de oudste bewoonster van het Bruntenhof en haar huis kent een bijzondere geschiedenis. ‘Hier, waar we nu zitten in de woonkamer, werd heel lang het geld uitbetaald voor armlastige mensen. Dat hoort allemaal bij de fundatie geschiedenis van het huis. Eén keer in de zoveel tijd moesten we onze woonkamer hiervoor ter beschikking stellen, dat stond in het huurcontract’.
Cor woont in het opvallende hoofdgebouw van het Bruntenhof, achter de imposante zandstenen poort. Cor’s huis vormt samen met dat van de bovenburen het oudste deel van het Bruntenhof.
‘Ik kwam hier ruim 60 jaar geleden wonen met mijn man Wil, hij is vorig jaar overleden. Wij waren destijds al getrouwd en woonden bij mijn ouders in huis want er was grote woningnood in die tijd. Mijn tante hoorde dat dit huis beschikbaar was. Een vervallen huis wat niemand wilde hebben.
Ik weet nog dat ik ben gaan inspecteren met mijn zoontje en dat we daarna onder de vlooien zaten. We hebben het huis toch maar genomen en hebben het een heel weekend lang helemaal moeten ontsmetten’.
Cor vervolgt: ‘in de loop der jaren is het huis als het ware met ons meegegroeid. Onze dochter is hier ook geboren. Mijn man was loodgieter van beroep, hij was heel handig en hij heeft heel veel in ons huis geklust. Maar hij hielp ook altijd medebewoners omdat hij alles kon!
In de begintijd zag het er allemaal nog zo anders uit’, vertelt Cor. ‘De huisjes waren allemaal nog dicht aan de achterkant en er was een grote beerput aan de achterzijde. Als deze geleegd werd liep de slang gezellig door ons huis. Wij konden vanuit ons huis de tuin in en ik zie mijn zoon nog rondjes crossen op zijn brommer door de toen nog wilde tuin. Mijn man maaide er het gras. Die tuin was eerst van een hovenier en op de plek waar nu de keukentjes van de huisje zitten waren allemaal kassen’. Cor’s huis maakt deel uit van de voormalige hovenierswoning. Ze laat de kamer zien die nu haar favoriete plek in het huis is. Het is er prachtig licht en ze kan hier urenlang genieten van haar legpuzzels. ‘Dat doe ik ook om mijn zinnen te verzetten’, zegt ze. ‘Ik ben nog maar kort alleen, we zouden dit jaar 65 jaar getrouwd zijn. Het afscheid van mijn man was heel indrukwekkend. Hij werd uitgeleide gedaan vanuit het huis en alle buren vormden een erehaag. Het moest allemaal binnen de coronaregels maar het is toch heel bijzonder geworden. De saamhorigheid onderling is heel fijn en belangrijk. Die saamhorigheid is er altijd geweest maar het was natuurlijk ook gewoon zo als het was hier. Ik herinneren me nog steeds de oude vrouwtjes in de straat kibbelen en ruzie maken en zie ze kletsen met de schillenboer en de groenteboer die allemaal door de straat kwamen. Het is en blijft een bijzondere plek om te wonen!’.